Ik word over twee dagen 28. Twee glorieuze dagen verwijderd van het afvinken van weer een verwarrend, liefdevol, wonderbaarlijk jaar van het leven. Bij het aanbreken van deze leeftijdsmijlpaal heb ik één waardevol inzicht opgedaan dat ik de rest van mijn reis zal meedragen, hoe lang die ook mag zijn – de kunst en noodzaak van kwetsbaarheid. 2015 was mijn jaar van kwetsbaarheid zoals ik nog nooit eerder had ervaren. Mijn familie verloor een prachtige baby jongen, mijn genetica toonde hun kont door het geven van me een diagnose als een pre-diabetische, ik ben gegaan door een grote relatie break up, en mijn carrière is in transitie. Als er een tapijt van het leven was waar ik op stond, dan werd dat onder me vandaan gerukt, verbrand tot as, en de as werd vervolgens door een demon tot een taart gebakken die vervolgens door zijn volgelingen werd opgegeten en uitgescheten. Het was zo’n jaar. Ik had een paar prachtige hoogtepunten (voor de eerste keer naar Zuid-Amerika, een dierbare vriendin zien trouwen met de liefde van haar leven!) die de dieptepunten compenseerden, maar tijdens de rit van dit jaar bleef ik maar denken, wat is de zielsles hier? Hoe kan ik het verhaal van verlies en pijn begrijpen op een manier die vergeldend en versterkend is? En toen openbaarde zich het V-woord – dat lastige kwetsbaarheidswoord: “Hallo…hoor je me?” met een zachte, Adele-achtige stem die me deed zeggen: “Ja, verdomme, dat doe ik. Ik wil je haten, maar ik kan het niet omdat je me hebt ontdaan van sommige dingen die ik moest loslaten om te worden wat ik had moeten zijn.”
De momenten waarop ik kwetsbaarheid het helderst heb zien schijnen, zijn in diepe persoonlijke gesprekken met anderen. Ik kijk uit naar de één op één momenten waar mensen voorbij het geklets over het weer buiten komen en beginnen te onthullen hoe het weer in hun hoofd is. Hun liefdes, hoop, dromen, aspiraties, attitudes, inspiraties fascineren me tot zowel ontzag als debat. Ze herinneren me eraan dat mensen complexe, emotionele wonderballen zijn die het verbazingwekkende vermogen hebben om woorden samen te voegen die een ander kan horen en met betekenis kan registreren. Ik zoek naar de betekenis en de verbanden in al die gesprekken, en wil de persoon meevoeren naar zijn grootsheid en de bron van zijn waarheid. Zelfs als die waarheid soms eng is of niet overeenstemt met mijn eigen realiteit en overtuigingen. Het maakt me blij om echt contact te maken over iets echts, iets waar wij mensen in de moderne wereld doorgaans voor terugdeinzen uit angst voor de kwetsbaarheid van het volledig emotioneel naakt zijn. Gesprekken als deze kunnen niet altijd plaatsvinden, maar wanneer ze dat doen, tikt mijn geluksmeter aanzienlijk aan.
Ter ere van mijn verjaardag heb ik een paar dames uit verschillende delen van mijn leven benaderd om hun waarheden te horen. Ze zijn op verschillende manieren een deel van mijn leven geweest en op verschillende delen van mijn reis, verspreid over de oceanen van de wereld (van Australië, tot Londen, tot het Midden-Westen en Cali!). Ik stelde een vraag aan elk van hen: “Als je je 28-jarige zelf één advies kon geven, wat zou je dan zeggen?” Hier is wat ze te zeggen hadden: