Tien feiten over Duke Ellington

6. In 1933 toerden Duke Ellington en zijn orkest voor het eerst door Europa, op een uitbundige respons. Dit luidde wat velen beschouwen als hun meest succesvolle decennium in, dat bekende titels voortbracht als ‘Sophisticated Lady’ (1933), ‘Prelude To A Kiss’ (1938), ‘Take The A Train’ (1939) en ‘I Got It Bad’ (1941).
7. Na het einde van de tweede wereldoorlog daalden big bands in populariteit. Ellington hield het orkest in de jaren daarna bij elkaar door het te subsidiëren uit zijn royalty’s voor componisten. De carrière van de band werd nieuw leven ingeblazen door een optreden op het Newport Jazz Festival in juli 1956. Dit optreden bracht zijn muziek ook onder de aandacht van een nieuwe generatie fans.
8. In 1965 stond hij op de shortlist voor de Pulitzer Prize for Music, maar uiteindelijk werd dat jaar geen prijs uitgereikt. Toen 66 jaar oud, grapte hij: “Het lot wil niet dat ik te jong beroemd word”. In 1999 werd hem postuum een speciale Pulitzerprijs toegekend ’ter herdenking van de honderdste verjaardag van zijn geboorte, als erkenning van zijn muzikale genie, dat esthetisch de beginselen van de democratie opriep door middel van het medium jazz en zo een onuitwisbare bijdrage leverde aan kunst en cultuur’.
9. Voor zijn 70ste verjaardag trad Ellington op in het Witte Huis voor president Richard Nixon en verzamelde gasten. Duke’s vader was hem echter voor geweest – hij werkte daar als butler in de jaren 1920 tijdens de regering Warren G. Harding.
10. Ellington overleed op 24 mei 1974. Zijn laatste woorden waren: “Muziek is hoe ik leef, waarom ik leef en hoe ik zal worden herinnerd”. Meer dan 12.000 mensen woonden zijn begrafenis bij.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.