Riet, in de plantkunde, een van de vele soorten grote watergrassen, vooral de vier soorten die samen het geslacht Phragmites van de grassenfamilie (Poaceae) vormen. Het gewone of waterriet (Phragmites australis) komt voor langs de randen van meren, vennen, moerassen en stromen van de Noordpool tot de tropen. Het is een breedbladig gras, ongeveer 1,5 tot 5 meter hoog, met veerachtige bloemtrossen en stijve, gladde stengels. Andere planten van de Poaceae-familie die als riet bekend staan, zijn reuzenriet (Arundo donax), zeegras (Ammophila arenaria), rietkanariegras (Phalaris) en rietgras of blauwgras (Calamagrostis). Riet (Sparganium) en rietmaaisel (Typha) zijn planten van andere families.
Gedroogde rietstengels worden al millennia lang gebruikt als strooisel en bouwmateriaal, in mandenmakerij, voor pijlen en pennen, en in muziekinstrumenten (zie rietinstrumenten). Ze worden ook geoogst voor hun cellulosegehalte.