Marcus Licinius Crassus: Rome’s Rijkste Man

Marcus Licinius Crassus: Rome’s Rijkste Man

Op deze site

Het Eerste Triumviraat
Het oude Rome

Deze pagina delen

Volg deze site

Marcus Licinius Crassus wordt beschouwd als de rijkste man uit de Romeinse geschiedenis. Hij was zeer bedreven in het verdienen van geld en wist dat succes om te zetten in leidende posities in de regering en het leger, maar uiteindelijk werd hij door een reeks onverstandige beslissingen ten val gebracht.

De zoon van een bekende senator die ook consul en censor was geweest, begon Crassus zijn openbare leven door te trouwen met de vrouw van zijn pas overleden oudere broer en sloot hij een verbond met Sulla, die later als dictator over Rome heerste. Crassus leidde een groep soldaten die een cruciale slag wonnen die het tij van de burgeroorlog deed keren.

Deze alliantie bleek vruchtbaar voor Crassus’ ambities van rijkdom. Terwijl Sulla zich van zijn tegenstanders ontdeed, kocht Crassus hun eigendommen tegen spotprijzen om ze vervolgens met grote winsten te verkopen. Hij had tegen die tijd een aardig fortuin vergaard en had honderden slaven klaar staan.

Crassus maakte naam door te profiteren van eigenaren wier gebouwen in brand stonden. Branden kwamen vaak voor in Rome, maar de stad had geen georganiseerde brandweer. Volgens verschillende bronnen haastte Crassus zich naar een brandend gebouw, kocht het van de eigenaar en gaf vervolgens zijn als slaven werkende brandweerlieden opdracht het vuur te doven. Daarna knapte Crassus het gebouw op, met gebruikmaking van zijn slavenarbeid, en verkocht het gebouw met winst.

Hij verdiende ook aardig wat geld met het kopen en verkopen van slaven en met het optimaal benutten van een groep zilvermijnen die zijn familie bezat. Als gevolg daarvan vergaarde hij een enorm fortuin en werd hij machtig en bekend op grond van zijn rijkdom.

Crassus had politieke en militaire ambities en gebruikte zijn rijkdom om die na te streven. Hij raakte bevriend met de jonge, briljante generaal Julius Caesar, onder meer door Caesars veelvuldige militaire veldtochten te helpen financieren. Ondertussen klom Crassus steeds hoger op de politieke ladder. Hij bekleedde de rang van praetor toen in 73 v. Chr. de door Spartacus geleide slavenopstand uitbrak. Nadat de briljante slavenleider zijn mannen door een reeks overwinningen op beter uitgeruste Romeinse legioenen had geleid, bood Crassus zijn eigen rijkdom aan om een leger te financieren dat tegen Spartacus moest vechten. Crassus was het die Spartacus uiteindelijk versloeg, door ervoor te zorgen dat hij dood was en vervolgens 6.000 overlevende slaven te kruisigen op de weg van Rome naar Capua, als afschrikmiddel voor toekomstige leiders van opstanden.

Crassus was echter niet de enige Romein die roem en fortuin verwierf. De eerder genoemde Caesar bewees zijn waarde in militaire en juridische zaken. De grootste generaal, in termen van veldoverwinningen, was Pompeius, die de voortdurende vijandschap tussen hem en Crassus had verzekerd door de eer op te eisen voor het beëindigen van de slavenopstand door een paar duizend slaven gevangen te nemen in een schoonmaakoperatie nadat Crassus Spartacus had verslagen.
Desondanks werden Crassus en Pompeius in 70 v. Chr. tot consuls benoemd. Het consulschap duurde slechts een jaar, en de twee bekleedden daarna nog andere posten. De volgende jaren verstevigden Crassus en Caesar hun verbond door elkaar politieke en monetaire gunsten te verlenen.

Crassus en Pompeius waren nog steeds de twee machtigste figuren in Rome en vertrouwden elkaar nog steeds niet. Caesar zag een kans en overtuigde hen beiden om samen met hem de regering te vormen, in wat bekend werd als het Eerste Driemanschap, in 60 v. Chr.

Als onderdeel van de regeling kreeg Crassus de controle over Syrië, een rijke provincie die hem, zo hoopte hij, nog meer rijkdom zou opleveren en een kans op meer militaire triomfen. Hij hoopte troepen door Syrië te kunnen leiden om de Parthen aan te vallen, die op dat moment Rome’s oostflank bestookten.

Crassus en Pompeius traden in 55 opnieuw als consuls aan. Datzelfde jaar viel het Triumviraat bijna uit elkaar. Caesar riep de andere twee echter bijeen op de Conferentie van Lucca en wist de zaken zo glad te strijken dat de regeling kon worden voortgezet.

Terwijl Pompeius zijn greep op Spanje verstevigde en Caesar Brittannië binnenviel en Gallië onderwierp, lanceerde Crassus zijn aanval op Parthië. Het was helemaal geen succes. Hij werd ten val gebracht door verraad en onstuimigheid, en was het slachtoffer van zowel een dubbelspel door een vermeende neutrale partij als van zijn eigen verlangen om zich in roem te storten in plaats van te vechten op voorwaarden die gunstiger waren voor zijn troepen. Zo werd in 53 bij Carrhae een grotere Romeinse infanteriemacht verslagen door een inferieure Parthische ruiterij- en boogschuttersmacht en kwam Crassus zelf bij de gevechten om het leven. Over de details van zijn dood bestaan verschillende verslagen. Allen zijn het er echter over eens dat hij niet naar Rome terugkeerde, behalve om te worden begraven.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.