Verkenning van de Mississippi
In mei 1673 begonnen Jolliet, Marquette, en vijf anderen aan hun grote avontuur. Ze volgden de Fox en Wisconsin rivieren naar de Mississippi. Tijdens de reis zuidwaarts langs de samenvloeiing van de Missouri en vervolgens de Ohio, verwonderden zij zich over de onbekende landschappen en de exotische vogels. De kleine groep stopte bij de Arkansas rivier en ging niet verder, afgeschrikt door hun achterdocht voor de Indianen en angst voor de Spanjaarden.
Het was echter duidelijk dat de rivier uitmondde in de Golf van Mexico en dat de legendarische route naar de “Zuidelijke Zee” niet de Mississippi was. De zware tocht stroomopwaarts werd zonder incidenten volbracht, en Jolliet bracht de winter van 1673/1674 door in Michilimackinac om zijn logboek en kaarten te voltooien. Hij vertrok in het voorjaar naar Quebec, maar zijn kano kapseisde toen hij bijna thuis was, en de kostbare kaart en het logboek gingen verloren (een duplicaat dat in Sainte-Marie was achtergelaten, werd door brand vernietigd).
Na zijn terugkeer uit het westen trouwde Jolliet in 1675 en hield zich bezig met handel en bonthandel langs de noordoever van de St. Lawrence Rivier. Vier jaar later ging hij op een andere missie, dit keer naar Hudson Bay. Hij raakte er vast van overtuigd dat als de Engelsen de onbetwiste controle over de baai zouden behouden, zij spoedig de hele bonthandel van Canada zouden domineren. Jolliet verwierf vervolgens het eiland Anticosti in de Golf van St. Lawrence en werd gedurende enkele jaren een welvarend koopman.
Jolliet’s laatste belangrijke expeditie werd ondernomen in 1694, toen hij de kust van Labrador ver naar het noorden in kaart bracht, maar teleurgesteld terugkeerde over de magere vooruitzichten voor handel in het gebied. Op 49-jarige leeftijd, na nog een reis naar Frankrijk, begon Jolliet aan een nieuwe carrière als leraar aan het Jezuïetencollege. In 1697 werd hij benoemd tot hydrograaf en produceerde vele uitstekende navigatiekaarten van de St. Lawrence rivier en de Golf. Hij overleed ergens in de zomer van 1700.