Hoornige God
(religie, spiritualisme en occult)
In Paleolithische tijden was de belangrijkste mannelijke godheid een God van de Jacht. De mensheid had succes in de jacht nodig om te overleven: de jacht leverde huiden voor kleding, voedsel, en beenderen voor gereedschap en wapens. In de grotkunst wordt deze god afgebeeld met hoorns, net als die van de dieren waarop de mensen jaagden. Die gehoornde afbeelding kan bijna worden beschouwd als een prototype voor wat uiteindelijk bekend werd als de God van de Heksen. Na verloop van tijd ontwikkelde hij zich tot een algemene God van de Natuur, maar hij wordt nog steeds vaak afgebeeld met hoorns of geweien in afbeeldingen die door moderne Wicca’s worden gebruikt.
De Romeinen noemden de Gehoornde God Cernunnos, wat “de Gehoornde” betekent. Deze naam werd in veel gebieden overgenomen, vaak afgekort tot Cerne (en op sommige plaatsen gewijzigd in Herne).
In de Bronstijd waren hoorns een teken van goddelijkheid geworden, en gehoornde goden waren vrij algemeen in gebieden als Mesopotamië. Het aantal hoorns ging de belangrijkheid van de god aangeven, waarbij zeven hoorns het toppunt van goddelijkheid vertegenwoordigden – vandaar de zeven hoorns van het Goddelijke Lam in het Bijbelse Boek Openbaringen. Interessant genoeg wordt in de Bijbel nooit beschreven dat Satan hoorns heeft, hoewel de Kerk probeerde hem gelijk te stellen aan de God van de Heksen vanwege de aanwezigheid van die aanhangsels.
In Wicca wordt de Gehoornde God beschouwd als de Heer van de Onderwereld en van de Dood en alles wat daarna komt, maar ook van het Leven en van de Natuur. Zijn symbool is de Zon, zoals het symbool van de Godin de Maan is. Hij heerst over de “donkere helft van het jaar” – de wintermaanden – terwijl de Godin heerst over de zomermaanden. Bij bepaalde Wiccan rituelen speelt de Hogepriester de rol van de God door een Gehoornde Helm aan te trekken. Verschillende Witchcraft tradities hebben verschillende namen voor deze godheid. Sommigen gebruiken Pan, de gehoornde bosgodheid van Arcadië; anderen gebruiken Herne, de jager van Engeland; en weer anderen gebruiken Cernunnos. Zoals met de Godin, zijn er vele namen waaronder hij bekend is.
De Gehoornde God is in hoge mate een vruchtbaarheidsgod en wordt vanaf de vroegste grotschilderingen vaak afgebeeld als een ithyphallische figuur. In de samenleving van het stenen tijdperk was de vruchtbaarheid van de dieren belangrijk, want hoe vruchtbaarder de dieren waren, hoe meer er te jagen viel. De menselijke vruchtbaarheid – voor de voortzetting van het ras – was even belangrijk. En met de komst van de landbouw werd de vruchtbaarheid van de gewassen belangrijk als voedselbron. Dit zijn de belangrijkste redenen dat zowel de god als de godin vruchtbaarheidsgodheden zijn.
Toen het altaar in de Notre Dame kathedraal in Parijs tegen het einde van de achttiende eeuw werd gerepareerd, ontdekte men eronder een veel ouder altaar. Daarop was een afbeelding gekerfd van de Gehoornde God, een duidelijk heidense godheid. Op bevel van paus Gregorius de Grote, in een brief aan abt Mellitos in 601 CE, moesten alle “goed gebouwde” heidense tempels worden gereinigd en gewijd en omgevormd tot christelijke kerken. Open plaatsen waar heidenen van oudsher bijeenkwamen om te aanbidden, moesten dienen als plaats voor nieuwe christelijke kerken.