Afdeling 6308 – Titel 18 – Misdrijven en strafbare feiten

18c6308s

§ 6308. Aankoop, consumptie, bezit of vervoer van sterke drank of mout of gebrouwen dranken.

(a) Strafbaar feit gedefinieerd.–Een persoon pleegt een summier strafbaar feit wanneer hij, jonger dan 21 jaar, probeert sterke drank of mout of gebrouwen dranken, zoals gedefinieerd in sectie 6310.6 (betreffende definities), te kopen, te kopen, te consumeren, in bezit te hebben of bewust en opzettelijk te vervoeren. Voor de toepassing van deze sectie is het geen verdediging dat de drank of mout of gebrouwen drank werd geconsumeerd in een ander rechtsgebied dan het rechtsgebied waar de dagvaarding voor minderjarig alcoholgebruik werd uitgegeven.

(b) Penalty.–Een persoon die veroordeeld is voor het overtreden van subsectie (a) kan worden veroordeeld tot het betalen van een boete van niet meer dan $500 voor de eerste overtreding en niet meer dan $1,000 voor de tweede en elke volgende overtreding.

(c) Prejudication disposition.–

(1) Wanneer een persoon beschuldigd wordt van overtreding van subsectie (a), kan de magistraal district rechter de overtreder toelaten tot het adjudication alternative zoals toegestaan in 42 Pa.C.S. § 1520 (relating to adjudication alternative program) of een andere preadjudication disposition indien de overtreder niet eerder een preadjudication disposition voor overtreding van subsectie (a) heeft ontvangen.

(2) Het gebruik van een voorlopige strafbeschikking wordt beschouwd als een eerste of volgende overtreding, afhankelijk van wat van toepassing is, voor het doel van verdere berechting volgens deze sectie of volgens sectie 6310.4.

(d) Kennisgeving.–De politiedienst die een arrestatie verricht wegens een vermoedelijke overtreding van subparagraaf (a) stelt de ouders of voogd van de minderjarige in staat van beschuldiging.

(e) Uitzondering voor controles op de naleving.–(Intrekking).

(f) Uitzondering voor persoon die medische hulp zoekt voor een ander.–(Intrekking).

18c6308v

(28 apr. 1978, P.L.202, No.53, eff. 60 dagen; 25 mrt. 1988, P.L.262, No.31, eff. 60 dagen; 17 mrt. 2000, P.L.11, No.4, eff. 60 dagen; 3 dec. 2002, P.L.1144, No.141, eff. 60 dagen; 30 nov. 2004, P.L.1618, No.207, eff. 60 dagen; 7 jul. 2004, P.L.1618, No.207, eff. 60 dagen; 7 jul. 2002, P.L.1144, No.141, eff. 60 dagen; 7 juli, eff. 60 dagen; 7 juli 2011, P.L.288, No.66, eff. 60 dagen; 25 okt. 2012, P.L.1663, No.205, eff. 60 dagen; 22 dec. 2017, P.L.1237, No.75, eff. imd.; 19 okt. 2018, P.L.535, No.80, eff. 30 dagen; 24 okt. 2018, P.L.659, No.95, eff. 180 dagen)

2018 Amendments. Wet 80 trok subsec. (f) in en wet 95 wijzigde subsec. (b). Wet 80 van 2018 wordt de “Timothy J. Piazza Antihazing Law” genoemd.

2017 Wijziging. Wet 75 trok subsec. (e) en sectie 2 van Wet 141 van 2002 in.

2012 Wijziging. Sectie 2 van Wet 205 bepaalde dat de wijziging van toepassing is op overtredingen begaan op of na de ingangsdatum van sectie 2.

2007 Wijziging. Sectie 2 van Wet 141 van 2002 werd gewijzigd bij Wet 75 van 2007, waarbij de vervaldatum van subsec. (e) werd gewijzigd in 31 december 2017.

2004 Wijziging. Wet 207 wijzigde subsec. (c) (1). Zie sectie 29 van Act 207 in de bijlage bij deze titel voor speciale bepalingen met betrekking tot de constructie van de wet.

2002 Wijziging. Act 141 voegde subsec. (e) toe. Sectie 2 van Act 141 bepaalde dat subsec. (e) vervalt op 31 december 2007, tenzij eerder opnieuw goedgekeurd door de Algemene Vergadering.

2000 wijziging. Wet 4 wijzigde subsec. (a).

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.